Twee industriëlen, die concurreren in de productie van zeep, hebben een tegengesteld temperament: de een is jong, weduwnaar, met moderne opvattingen, de ander is een oude vrouwenhater die niet in staat is zich aan te passen aan de nieuwe eisen van de markt. De dochter van de eerste raakt de weg kwijt naar het internaat, wordt opgepikt door een paar variétéartiesten en treedt met hen zingend en dansend op. Het trio wordt met succes gecast door de oude man en de vader vindt zijn dochter weer.